lisette & erik
Mooi hoor, maar eh…
vindt Thomas dat wel goed?
‘Kijk, daar staat mijn allereerste studentenhuis’. Lisette wijst uit het raam van het indrukwekkende loft-appartement, waar zij sinds twee jaar woont met partner Erik en hun hond Rosa. De geboren Brabanders kwamen allebei zo’n 23 jaar geleden voor hun studie naar Utrecht en verloren al snel hun hart aan de stad en aan elkaar.
Dat zij zielsgelukkig was op dat studentenkamertje van 2.30 bij 2.10 meter (‘ik kon vanuit één stoel overal bij’) is dus alweer even geleden voor Lisette. ‘Ik heb daarna nog vaker in piepkleine kamertjes gewoond, daar heb ik geleerd hoe leuk het is om slim met ruimte om te gaan. Én om niet onnodig aan spullen vast te houden.’ In het nieuwbouwappartement van Lisette en Erik in de Utrechtse Zijdebalenbuurt heeft dan ook alles zijn eigen vaste plek gekregen. En – heel belangrijk – er is géén rommelkamer. Lisette: ‘Mensen die een rommelkamer hebben begrijp ik oprecht niet. Ik zou daar zó gedeprimeerd van worden! Dan heb je dus een kamer vol spullen die het niet waard zijn om te laten zien. Je gooit er iets in en dan snel de deur weer dicht – verschrikkelijk!’
Een nieuwe start
Met hun verhuizing wilden Erik en Lisette twee jaar geleden heel bewust een nieuwe start maken. ‘We kwamen uit een ruime eengezinswoning met vier kamers en wilden van dit nieuwe appartement echt een huis voor twee personen maken. Voor ons gevoel sloten we hiermee een fase af; de fase waarin we gehoopt hadden een gezin te stichten. We woonden in een hofje met alleen maar jonge gezinnetjes. De hele dag zit je bovenop andermans geluk, wat je eigen verdriet nog groter maakt. Verhuizen bood ons de kans met een schone lei te beginnen.’
Kritisch zijn
Erik en Lisette waren er al snel uit wat die schone lei voor hen inhield: gelijkvloers wonen, met een hele grote woonkamer en slechts één slaapkamer met kleine badkamer. Lisette: ‘We wilden in dit appartement geen deuren, geen extra kamers, geen losse kasten; zelfs de bergruimte braken we weg om de leefruimte te vergroten. Dat betekende dat we heel kritisch moesten zijn op wat er wel en niet in mocht, en goed moesten nadenken over de indeling en bergruimte.’
Mooi rustig
Hoewel het stel dus zelf al behoorlijk duidelijke ideeën had over hun nieuwe woning, besloten zij de expertise in te roepen van [springers]. ‘We wilden eigenlijk vooral weten of wat wij voor ons zagen ook wel echt kón, en waar we dan rekening mee moesten houden’, vertelt Erik. ‘We zochten antwoord vragen als: hoe krijgen we alles netjes opgeborgen en hoe houden we het mooi rustig. Voor het interieur hadden we bedacht dat we een combi zouden maken van wat spullen die we al hadden en mooie nieuwe elementen, dus daar kon [springers] ons vast ook wel bij helpen.’
Wat comfort betekent
Thomas werd al in een vroeg stadium uitgenodigd om mee te denken. Hij bezocht het stel een paar keer thuis en ging met hen op stap om andere [springers]projecten te bekijken. ‘Het viel ons op dat Thomas oprecht geïnteresseerd is in wie je bent en hoe je leeft’, herinnert Lisette zich. ‘Hij wil bijvoorbeeld ook heel precies wil weten hoe je tot rust komt en wat comfort voor jou betekent. Zelf ben ik me daardoor ook veel bewuster geworden van waar ik mijn ontspanning en woonplezier vandaan haal.’
‘Ik ben me ook veel bewuster geworden van waar ik mijn ontspanning en woonplezier vandaan haal.’
Een nieuwe start
Met hun verhuizing wilden Erik en Lisette twee jaar geleden heel bewust een nieuwe start maken. ‘We kwamen uit een ruime eengezinswoning met vier kamers en wilden van dit nieuwe appartement echt een huis voor twee personen maken. Voor ons gevoel sloten we hiermee een fase af; de fase waarin we gehoopt hadden een gezin te stichten. We woonden in een hofje met alleen maar jonge gezinnetjes. De hele dag zit je bovenop andermans geluk, wat je eigen verdriet nog groter maakt. Verhuizen bood ons de kans met een schone lei te beginnen.’
Kritisch zijn
Erik en Lisette waren er al snel uit wat die schone lei voor hen inhield: gelijkvloers wonen, met een hele grote woonkamer en slechts één slaapkamer met kleine badkamer. Lisette: ‘We wilden in dit appartement geen deuren, geen extra kamers, geen losse kasten; zelfs de bergruimte braken we weg om de leefruimte te vergroten. Dat betekende dat we heel kritisch moesten zijn op wat er wel en niet in mocht, en goed moesten nadenken over de indeling en bergruimte.’
Mooi rustig
Hoewel het stel dus zelf al behoorlijk duidelijke ideeën had over hun nieuwe woning, besloten zij de expertise in te roepen van [springers]. ‘We wilden eigenlijk vooral weten of wat wij voor ons zagen ook wel echt kón, en waar we dan rekening mee moesten houden’, vertelt Erik. ‘We zochten antwoord vragen als: hoe krijgen we alles netjes opgeborgen en hoe houden we het mooi rustig. Voor het interieur hadden we bedacht dat we een combi zouden maken van wat spullen die we al hadden en mooie nieuwe elementen, dus daar kon [springers] ons vast ook wel bij helpen.’
Wat comfort betekent
Thomas werd al in een vroeg stadium uitgenodigd om mee te denken. Hij bezocht het stel een paar keer thuis en ging met hen op stap om andere [springers]projecten te bekijken. ‘Het viel ons op dat Thomas oprecht geïnteresseerd is in wie je bent en hoe je leeft’, herinnert Lisette zich. ‘Hij wil bijvoorbeeld ook heel precies wil weten hoe je tot rust komt en wat comfort voor jou betekent. Zelf ben ik me daardoor ook veel bewuster geworden van waar ik mijn ontspanning en woonplezier vandaan haal.’
‘Ik ben me ook veel bewuster geworden van waar ik mijn ontspanning en woonplezier vandaan haal.’
‘Hier zijn we
echt thuisgekomen.
Dit huis klopt.’
De finishing touch
Toen het ‘grove werk’ – indeling, routing, kastenwanden, keuken, sanitair – was gedaan en kleuren en materialen waren gekozen, keek het stel uit naar de finishing touch: de inrichting. Maar dat liep even anders dan gedacht. Lisette: ‘Wij wilden het liefst het hele interieur tot op het laatste krukje hebben staan voordat we gingen verhuizen. Alles moest tiptop klaar zijn. Maar zo werkt dat dus niet; Thomas was daarin onverbiddelijk. ‘Ga er nou eerst maar eens wonen, ervaren hoe het is. Kijken wat je nog nodig hebt. Dan praten we daarna wel verder over de inrichting.’ Dat vonden we best vervelend. We konden er toch niet in zonder eettafel?? ‘Ach joh’, zei hij dan, ‘dan leen je toch even wat? Ik heb hartstikke veel staan!’ Irritant vonden we dat toen, we wilden gewoon allemaal eigen meubels. Maar we hadden ook al bij vrienden gezien hoe geweldig het uiteindelijk kon worden, dus de neiging om dan maar op eigen houtje te gaan shoppen hebben we nooit gehad. We hadden ons gecommitteerd, het basisvertrouwen was er volledig. En het pakte natuurlijk ook precies uit zoals Thomas had gezegd: toen we er eenmaal woonden konden we veel betere beslissingen nemen over meubels en accessoires. Onze vrienden plagen ons er nog wel eens mee, als we iets nieuws hebben aangeschaft: ‘Mooi hoor, maar eh… vindt Thomas dat wel goed?’
Echt thuisgekomen
Van het studentenkotje van 5 m2 naar dit schitterende ruime appartement; het is een mooie wooncarrière, die Erik en Lisette van het begin af aan samen hebben doorlopen. Erik: ‘Hier zijn we echt thuisgekomen. Dit huis klopt. Het is net als bij die kasten: we hebben de binnenkant tot in de details gevormd naar wat er in moest, en niet andersom. De rust die dat geeft, helpt ons in deze nieuwe fase. We zijn hier heel gelukkig met z’n tweetjes. Als we ooit weer gaan verhuizen, blijven we sowieso in de stad; misschien een mooi penthouse met een dakterras. Voorlopig niet hoor, maar we hebben al tegen elkaar gezegd: áls het gebeurt, doen we het weer met [springers].’
tekst: Barbara Slagman
fotografie: Alex Vreeman
‘Hier zijn we
echt thuisgekomen.
Dit huis klopt.’
De finishing touch
Toen het ‘grove werk’ – indeling, routing, kastenwanden, keuken, sanitair – was gedaan en kleuren en materialen waren gekozen, keek het stel uit naar de finishing touch: de inrichting. Maar dat liep even anders dan gedacht. Lisette: ‘Wij wilden het liefst het hele interieur tot op het laatste krukje hebben staan voordat we gingen verhuizen. Alles moest tiptop klaar zijn. Maar zo werkt dat dus niet; Thomas was daarin onverbiddelijk. ‘Ga er nou eerst maar eens wonen, ervaren hoe het is. Kijken wat je nog nodig hebt. Dan praten we daarna wel verder over de inrichting.’ Dat vonden we best vervelend. We konden er toch niet in zonder eettafel?? ‘Ach joh’, zei hij dan, ‘dan leen je toch even wat? Ik heb hartstikke veel staan!’ Irritant vonden we dat toen, we wilden gewoon allemaal eigen meubels. Maar we hadden ook al bij vrienden gezien hoe geweldig het uiteindelijk kon worden, dus de neiging om dan maar op eigen houtje te gaan shoppen hebben we nooit gehad. We hadden ons gecommitteerd, het basisvertrouwen was er volledig. En het pakte natuurlijk ook precies uit zoals Thomas had gezegd: toen we er eenmaal woonden konden we veel betere beslissingen nemen over meubels en accessoires. Onze vrienden plagen ons er nog wel eens mee, als we iets nieuws hebben aangeschaft: ‘Mooi hoor, maar eh… vindt Thomas dat wel goed?’
Echt thuisgekomen
Van het studentenkotje van 5 m2 naar dit schitterende ruime appartement; het is een mooie wooncarrière, die Erik en Lisette van het begin af aan samen hebben doorlopen. Erik: ‘Hier zijn we echt thuisgekomen. Dit huis klopt. Het is net als bij die kasten: we hebben de binnenkant tot in de details gevormd naar wat er in moest, en niet andersom. De rust die dat geeft, helpt ons in deze nieuwe fase. We zijn hier heel gelukkig met z’n tweetjes. Als we ooit weer gaan verhuizen, blijven we sowieso in de stad; misschien een mooi penthouse met een dakterras. Voorlopig niet hoor, maar we hebben al tegen elkaar gezegd: áls het gebeurt, doen we het weer met [springers].’
tekst: Barbara Slagman
fotografie: Alex Vreeman